Ieder jaar selecteert het Cursusbureau Vreemdelingenrecht een uitspraak waarin het optreden de vreemdelingenrecht-advocaat heeft geleid tot een opmerkelijk resultaat.
De Goedgebekte Paradijsvogel over het jaar 2022 ging naar de heer mr drs Frans Willem Verbaas vanwege zijn bijdragen aan de uitspraak van 14 september 2022 (ECLI:NL:RVS:2022:2592). In het jury-rapport staan de volgende overwegingen:
- Technisch juridisch: het kost veel inspanning en inzicht om naast de juridische ook de creatieve vaardigheden in te zetten om onder de paraplu van het besluitbegrip van art. 1:3 Awb te komen, zodat je rechtsmiddelen hebt en dus een inhoudelijke beoordeling aan een bestuursrechter kunt voorleggen. In deze bijzondere kwestie ging het om een brief van het Ministerie van Defensie van 13 december 2021 waarin werd medegedeeld dat je cliënten niet op de evacuatie lijst zouden worden geplaatst. Nadat de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk verklaarde (want geen voor beroep vatbaar besluit op grond van 1:3 Awb en 72 lid 3 Vw) heeft de Afdeling geoordeeld dat de brief van Defensie wèl viel aan te merken als een besluit in de zin van art. 1:3 Awb, waarna een inhoudelijke beoordeling alsnog moest volgen. Alhoewel het besluit van het ministerie geen wettelijke grondslag had, was de beslissing (de brief van 13 december 2021) in dit uitzonderlijke geval wel een formeel besluit. De Tweede Kamer had namelijk op 18 augustus 2021 de motie Belhaj aangenomen (uitbreiding met bepaalde groepen) en het kabinet heeft besloten deze motie uit te voeren. Daarmee heeft het kabinet de publieke taak op zich genomen om zich in te spannen om de evacuatie van specifieke groepen personen van Afghanistan naar Nederland te faciliteren.
- De zaak was daarnaast ook zeer actueel, emotioneel en stressvol voor de betrokkenen, wie herinnert zich niet die hartverscheurende en mensonterende beelden op het vliegveld van Kabul ten tijde van de chaotische evacuaties toen de Taliban Kabul had ingenomen in augustus 2021.
De combinatie van al deze facetten in deze zaak maakt dat het Cursusbureau Vreemdelingenrecht er voor kiest om deze bijzondere, creatieve juridische inspanning te waarderen met het uitreiken van de wisseltrofee voor de goedgebekte paradijsvogel van het jaar2022.
De prijs van de Goedgebekte Paradijsvogel over het jaar 2021 is gewonnen door mevrouw mr Mopje Melchers. Het jury-rapport vermeldt de volgende bevindingen van de jury:
De jury heeft ervoor gekozen om de uitspraak van 10 september 2021 (JV 2021/197 mn Hutten) te kiezen als uitspraak van het jaar 2021. Dankzij de buitengewone inspanningen van de advocaat is de Afdeling tot het doen van deze uitspraak gekomen. De casus is al volgt:
Het betreft een Chavez-aanvraag voor een Marokkaanse moeder die met 2 Nederlandse minderjarige kinderen en een iets ouder Marokkaans minderjarig kind in Marokko woont en met het gezin naar Nederland wil verhuizen. Aan de moeder wordt een facilitair inreisvisum verstrekt waarmee zij naar Nederland kan reizen. Voor haar Marokkaanse minderjarige kind wordt een mvv-aanvraag ingediend die wordt afgewezen omdat de moeder nog niet in Nederland woont met een Chavez verblijfsrecht en ook voldoet zij nog niet aan de middelen eis. Het beroep wordt door de rechtbank ongegrond verklaard.
De moeder wil niet naar Nederland vertrekken zonder het Marokkaanse kind. Dit heeft tot gevolg dat zij, en de Nederlandse kinderen dus ook, niet naar Nederland kunnen vertrekken.
De advocaat vraagt vervolgens voor moeder en ook voor het Marokkaanse kind een facilitair inreisvisum aan. Voor het kind wordt de aanvraag afgewezen, het beroep wordt ongegrond verklaard en daartegen stelt de advocaat ondanks het appèlverbod (visum zaak) hoger beroep in. De Afdeling oordeelt als volgt:
- Dit is geen doorbreking appèlverbod want met een facilitair inreisvisum wordt verblijf langer dan 90 dagen beoogd en dan geldt het appèlverbod van art. 84 aanhef en onder b Vw niet.
- Door aan het Marokkaanse kind geen facilitair inreisvisum te verstrekken is dit een rechtstreekse aantasting van het recht van vrij verkeer van de Nederlandse kinderen. Als de alleenstaande moeder niet kan reizen zonder haar Marokkaanse kind zullen de Nederlandse kinderen ook niet naar Nederland kunnen reizen en dat doet afbreuk aan de nuttige werking van art. 20 VWEU.
- De Afdeling doet de zaak zelf af en oordeelt dat het facilitair visum ook aan het Marokkaanse broertje wordt afgegeven.
De jury kent de prijs toe aan advocaat mr Mopje Melchers voor haar creatieve vondst en buitengewone vasthoudendheid in deze bijzondere procedure die tot deze mooie Afdelingsuitspraak heeft geleid.